Mijn eerste (echte)Politiemelding
Ik ben net aan de dagdienst begonnen.
We zijn de bussen aan het wassen en we vullen alles bij, wat er bijgevuld dient te worden.
Dit is een procedure die we soms meerdere keren per dag herhalen.
Dit omdat je jezelf ervan wilt verzekeren dat, als we opgeroepen worden voor een melding, je alles bij je hebt
wat je nodig kan hebben voor het werk. Ik loop nu al een tijdje mee en regelmatig hoor ik dat er collega’s worden opgeroepen voor politiemeldingen. Deze meldingen, "postmortale zorg ten behoeve van de politie", kunnen echt van alles zijn.
Je moet hierbij denken aan lijkvindingen, ongelukken met dodelijke afloop, suïcide, misdrijven. Kortom een groot scala
aan gebeurtenissen. In de eerste weken wordt het mij al heel snel duidelijk dat ik voorlopig
geen politiemeldingen mag rijden. Dat is iets dat vanzelf komt als het zover is hoor ik steevast als ik ernaar vraag.
Op een bepaalde manier ben ik jaloers op de collega’s omdat zij er wel naar toe mogen en ikke niet! Vandaag rijden we wat meldingen weg en komen wij voornamelijk bij verzorgingshuizen. Na een overledene te hebben overgebracht zijn we leeg
en koersen we rustig af op onze thuisbasis. De diensttelefoon gaat en ik hoor dat er een politiemelding voor ons is! Een politiemelding? Hoe … wat … waar? vraag ik vol enthousiasme.
Alle info die we nodig hebben verzendt hij naar onze boordcomputer. Ik ben helemaal euforisch: we gaan mijn eerste echte politiemelding nú rijden. Ik vind het zó spannend, dat ik mijn zenuwen bijna niet in bedwang kan houden. Dan lezen we in de melding die inmiddels binnen is gekomen dat het een persoon betreft die overleden is in een garagebedrijf.
Mijn gedachten gaan met mij aan de haal. Ik vraag me af hoe die persoon overleden is. Wat gaan we zo meteen daar aantreffen? Zou hij bekneld geraakt zijn terwijl hij onder een auto aan het sleutelen was? Is hij ergens vanaf afgevallen? In een garagebedrijf zijn er tal van manieren om op een ongelukkige manier aan je einde te komen. Terwijl we ernaar toe rijden, besluit ik maar te stoppen met speculeren. Mijn collega maant me tot kalmte en zegtdat we wel zien wat we aantreffen als we daar zijn. Onderweg naar het adres legt hij mij precies uit wat de procedures zijn die we straks allemaal gaan doorlopen als we op het
plaats delict aangekomen zijn en wat ik daar kan verwachten. Eenmaal in de opgegeven straat hoeven wij niet lang naar het juiste adres te zoeken. We zien eenoploop van mensen staan en een paar politievoertuigen. Ik krijg de opdracht van een
politiemedewerker om de rouwbus met de achterkant eerst in te steken. Dit is voornamelijk om alle nieuwgierige mensen die zijn komen kijken het zicht te belemmeren. Als de bus eenmaal in positie is, stap ik uit en hobbel als een jonge puppie (die nog veel moet leren) achter mijn collega aan. De politiemedewerker is eigenlijk best kort van stof. Er is een meneer overleden en de schouwarts is geweest en wij mogen de man overgaan brengen naar het politiemortuarium. Terwijl we bijgepraat worden, kijk ik om mij heen in de ruimte en ik zie niets vreemds. Ik zie verdrietige mensen, maar van een overleden persoon zie ik op
dat moment geen enkel spoor. We worden meegenomen naar een kantoor en het enige wat ik daar zie, is een meneer die op een stoel zit te slapen … nou ja slapen …. de beste man is letterlijk zittend op die stoel overleden aan een hartstilstand. Ik vind het op dat moment een bizarre gewaarwording. Eigenlijk als je er goed naar kijkt, is meneer gewoon heel erg vredig ingeslapen. Meneer oogt een beetje grauw van kleur, maar verder is er niets aan hem te zien. Mijn collega en ik halen de brancard en tillen de beste man van de stoel en leggen hem op de brancard. Terwijl we de brancard sluiten voel ik mijzelf enigszins belazerd. Zijn
dit nou die meldingen waar iedereen altijd naar toe wilt? Stelt niets voor zeg ik nog tegen mijn collega. Niet wetende dat ik nog geen twee uur na deze uitspraak hierop terug zal komen. Mijn collega en ik tillen de overledene in de rouwbus en we rijden naar het
politiemortuarium. Eenmaal daar aangekomen lossen we de overleden persoon, doen we onze administratie en dan is het tijd om even een broodje te halen.
Nadat we ons eten hebben geregeld, rijden we naar de zaak toe en voordat we daar zijn, gaat de telefoon weer.
Ik heb weer politiemelding voor jullie.
Dit keer betreft het een lijkvinding. We krijgen als extra info dat deze persoon in vergaande staat van ontbinding verkeert. Een lijkvinding wil in dit geval zeggen dat deze persoon al geruime tijd overleden in de woning heeft gelegen en dat zijn lichaam er niet al te best uit zal zien. Gezien het feit dat het net ook wel mee viel, rijden we vol goede moed naar het adres. Jean heeft een instelling van … dit doen we wel gewoon even. Net was het tenslotte ook niets spectaculairs. Dit komt vast goed.
Eenmaal aangekomen op het adres blijkt het een woning te zijn op 4 hoog. Wederom zie ik politieagenten op de galerij staan en mensen die op afstand gehouden worden. Eenmaal boven aangekomen worden we bijgepraat door een agent die daar de leiding heeft. Hij vertelt dat dit er niet al te best uitziet. Na hem aangehoord te hebben, zegt mijn collega
tegen mij dat we eerst even een kijkje gaan nemen voordat we het lichaam gaan bergen.
Op het moment dat ik de woning instap, overvalt mij een geur die zo heftig is dat niet uit te
leggen valt. Elke vezel in mijn lichaam wil dat ik rechtsomkeer naar buiten maak. Maar ik
besluit achter mijn collega te blijven staan. Deze geur is zo heftig en penetrant dat ik ervan begin te kokhalzen. Tot nu toe heb ik de situatie onder controle voor mezelf voor zover je daarover kan spreken. We lopen door de gang naar de woonkamer.
De geur wordt heftiger en eigenlijk wil ik niet meer doorlopen.
Ik kijk de woonkamer in en raak in een soort van shock van wat ik daar zie. Daar ligt op de vloer een vrij groot persoon. Deze persoon ziet er zwart uit maar direct zie ik dat dit niet zijn huidskleur is. Uit zijn lichaam kruipt ongedierte. Ik heb letterlijk het idee dat ik flauw wil vallen. Ik wil weg uit deze situatie. Mijn collega ziet aan mijn gezichtsuitdrukking dat ik het moeilijk heb met de situatie. Ik loop terug naar de gang en hij stelt mij gerust door mij te zeggen dat wij zo meteen een laken direct over het
lichaam heen leggen zodat ik er niet naar hoef te kijken.
Dit stelt me alles behalve gerust, maar ik wil mijzelf ook niet laten kennen.
We lopen naar de bus toe en we pakken de brancard eruit en lopen terug naar de woning. Ik merk aan alles dat ik nu bezig ben met iets wat ik eigenlijk niet wil. Eenmaal weer in de woning neemt die rottende geur weer bezit van mij.
We leggen snel het laken over deze persoon heen, want ik heb best wel moeite met het aanzicht. Ik merk dat ik niets liever zou willen dan mijn maaginhoud eruit te gooien, want ik trek deze situatie niet langer! Op het moment dat mijn collega zegt dat ik de man bij zijn enkels moet pakken doe ik dat. Bij het vastpakken voel ik gewoon letterlijk hoe ik door zijn weefsel heen druk en ik gewoon op zijn bot zit. Dit is het moment dat ik hem loslaat en over begin te geven. Alles komt uit mijn maag naar boven. Ik raak lichtelijk in paniek en loop zo snel als ik kan naar de gang. Mijn collega komt naar mij toe en zegt dat we deze klus even
moeten klaren! Ik zeg dat ik het niet kan!!! Ik wil dit niet!!! Hij zegt dat ik het met hem zal moeten doen! Hoe eerder we dit doen Jean, des te eerder het klaar is!!! Ik besluit een laatste poging te wagen en het stoffelijk overschot weten wij in een bodybag te krijgen.
Zo snel als ik kan, gaan we met de brancard naar buiten en ik ben zichtbaar onder de indruk van wat ik net gezien heb. Ben er letterlijk stil van! Eenmaal bij de lift aangekomen, krijgen we de corpulente overledene op geen enkele manier in de lift. De chef van dienst besluit na een paar pogingen om via de meldkamer de brandweer te laten komen. 15 min later arriveert er een ladderwagen van de brandweer. Met enige moeite lukt het deze helden van de brandweer om het lichaam naar de begane grond te krijgen. Nadat we deze overledene hebben afgeleverd in het politiemortuarium moet ik even voor mezelf laten bezinken wat er
allemaal net gebeurd is. Het is inmiddels einde dienst. Eenmaal thuis aangekomen, spring ik direct onder de douche. Ik blijf die persoon ruiken … het maakt feitelijk niet uit waar ik mijzelf mee was.
Ik blijf hem ruiken. Wat een verschrikkelijke ervaring is dit!!!!
Politiemeldingen….. ik laat ze voorlopig even links liggen. Dit moet ik even laten landen.
Reactie plaatsen
Reacties